Medisch beroepsgeheim

Voor zorgverleners in medische beroepen geldt het medisch beroepsgeheim (artikel 88 Wet Big); sommige andere zorgverleners (die niet onder de Big vallen, zoals maatschappelijk werker) hebben een geheimhoudingsplicht. Beroepsgeheim en geheimhouding bestaan los van de AVG en is geregeld in nationale wetgeving.

Patiënten en cliënten moeten erop kunnen rekenen dat wat zij in vertrouwen aan een zorgverlener vertellen ook geheim blijft. Daarom geldt een geheimhoudingsplicht (wettelijk beroepsgeheim) voor zorgverleners. Zo mag je als verpleegkundige bijvoorbeeld geen medische informatie raadplegen als je niet direct betrokken bent bij de zorgverlening of behandeling. De geheimhoudingsplicht geldt ook voor andere medewerkers van zorginstellingen, zoals ziekenhuizen. Daarnaast zijn alle medewerkers van een ziekenhuis via hun arbeidscontract aan een geheimhoudingsplicht gebonden.

Medisch beroepsgeheim

Voor artsen, tandartsen, apothekers, GZ-psychologen, psychotherapeuten, fysiotherapeuten, verloskundigen en verpleegkundigen geldt het medisch beroepsgeheim.  Dit is wettelijk geregeld (artikel 88 Wet Big). Ten aanzien van het medisch beroepsgeheim en de AVG is een duidelijke rangorde aangegeven: eerst geldt het medisch beroepsgeheim, dan de AVG. Zorgverleners moeten zich dus altijd de vraag stellen of het delen van informatie kan op grond van het medisch beroepsgeheim. Pas daarna kijk je of je persoonsgegevens mag delen op basis van de AVG.

Schendt een zorgverlener het medisch beroepsgeheim? Dan kun je hem daar via het wettelijk tuchtrecht en het strafrecht op aanspreken.

Geheimhoudingsplicht vanuit beroepscode

Voor sommige andere beroepen, zoals maatschappelijk werker, geldt niet het wettelijk geregeld medisch beroepsgeheim. Maar deze zorgverleners hebben wel een geheimhoudingsplicht. Deze geheimhoudingsplicht is geregeld in een beroepscode. In sommige gevallen is er ook (intern) tuchtrecht van toepassing.

Geheimhoudingsplicht voor medewerkers zorginstelling

Er is ook een geheimhoudingsplicht als een patiënt of cliënt met een zorginstelling een behandelingsovereenkomst sluit (artikel 7:457 BW). Zo’n overeenkomst houdt in dat je bij de zorginstelling onder behandeling komt. Binnen de instelling zijn medewerkers werkzaam die een medisch beroepsgeheim of geheimhoudingsplicht op grond van een beroepscode hebben. Maar er zijn ook medewerkers voor wie dit niet geldt. Zoals secretaresses of financieel medewerkers. Zij zijn dan toch contractueel verplicht tot geheimhouding. Het gaat hierbij om alles wat zij vanwege hun betrokkenheid bij de behandeling over de patiënt/ cliënt en de behandeling zelf weten.

Afgeleid medisch beroepsgeheim

Niet alle zorgprofessionals vallen onder het medisch beroepsgeheim van de arts. Sommige zorgverleners hebben een eigen beroepsgeheim. Denk hierbij aan verpleegkundigen en fysiotherapeuten. Als je geen eigen beroepsgeheim hebt, maar wel beroepsmatig op de hoogte bent van behandelgegevens van een patiënt, geldt een afgeleid beroepsgeheim. Een concreet voorbeeld hiervan is de rol van een receptionist(e) binnen een ziekenhuis.

Ook op grond van de (U)AVG geldt een geheimhoudingsplicht die de AP kan handhaven. Daarnaast kan een werkgever in de arbeidsovereenkomst een geheimhoudingsplicht opnemen die hij ook kan afdwingen.